
De Eerste Wereldoorlog eindigde in 1918 met de ondertekening van een wapenstilstand, bekend als de Wapenstilstand van Compiègne. Deze werd getekend op 11 november 1918.
Het Verdrag van Versailles staat bekend als het verdrag dat het einde van de Eerste Wereldoorlog (1914–1918) markeerde. Het werd op 28 juni 1919 ondertekend — precies vijf jaar na de moord op aartshertog Franz Ferdinand — en trad formeel in werking op 10 januari 1920. Je zou denken dat daarmee alles achter de rug was, maar in werkelijkheid begon de lange nasleep van ellende pas echt.
De onderhandelingen
Hoewel er veel landen deelnamen aan de onderhandelingen, waren het vooral de zogenoemde “Grote Vier” — Frankrijk, Groot-Brittannië, de Verenigde Staten en Italië — die de belangrijkste beslissingen namen. Maar wie er niet aan tafel zat, dat was Duitsland zelf. Het land werd niet uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingen en kreeg slechts de gelegenheid om het verdrag te ondertekenen, zonder enige invloed op de inhoud ervan. Deze eenzijdige aanpak zorgde voor veel ergernis en werd gezien als een vernedering voor Duitsland. Dit zou uiteindelijk bijdragen aan de opkomst van het Duitse nationalisme en de gebeurtenissen die tot de Tweede Wereldoorlog zouden leiden.
De onderhandelingen waren vooral gericht op het terugdringen van de Duitse macht en het herverdelen van Europa. Frankrijk had nog een appeltje te schillen met Duitsland, na de territoriale verliezen tijdens de Frans-Duitse Oorlog (1870-1871). Het verlies van de regio Elzas-Lotharingen was een pijnlijke nederlaag en Frankrijk eiste dat deze gebieden teruggegeven zouden worden. Het was voor de Fransen van groot symbolisch belang om deze regio terug te krijgen, aangezien het gebied zowel strategisch als economisch belangrijk was. De Fransen vreesden ook dat de Duitsers, met hun militaire en industriële macht, opnieuw een bedreiging zouden kunnen vormen.
Voor Groot-Brittannië lag de focus iets anders. Premier David Lloyd George wilde Duitsland wel straffen, maar ook zorgen voor een stabiele Europese orde. Het Britse Rijk had geen interesse in het volledig verzwakken van Duitsland. Het land was een belangrijke handelspartner en een machtsvacuüm in Europa zou ongewenst zijn. Lloyd George was dus voor een middelmatige benadering: Duitsland moest hard aangepakt worden, maar niet zodanig dat het instortte.
De Verenigde Staten, onder leiding van president Woodrow Wilson, hadden een meer idealistische benadering. Wilson stelde zijn beroemde Veertien Punten voor, die een rechtvaardige en duurzame vrede moesten garanderen. Zijn belangrijkste punt was de oprichting van de Volkenbond, een internationale organisatie die moest voorkomen dat er ooit nog zo’n verwoestende oorlog zou uitbreken. Wilson pleitte ook voor zelfbeschikking voor volken, wat leidde tot het uiteenvallen van oude rijken zoals het Oostenrijk-Hongaarse en het Ottomaanse rijk, en de oprichting van nieuwe staten in Centraal- en Oost-Europa. Ondanks zijn idealisme was Wilson niet in staat om zijn volledige visie door te drukken, vooral vanwege de Franse en Britse eisen.
Italië, dat in 1915 aan de kant van de Geallieerden had gevochten, voelde zich enigszins benadeeld, aangezien het niet de beloofde territoriale voordelen kreeg die het had verwacht. Premier Vittorio Orlando had gehoopt op aanzienlijke uitbreidingen van Italiaans grondgebied, maar de andere grote mogendheden waren niet geneigd om deze eisen volledig in te willigen. Dit leidde tot de beroemde “dwangondertekening” van Italië, waarbij Orlando, teleurgesteld door het gebrek aan resultaat, het verdrag uiteindelijk toch ondertekende.
In de onderhandelingen werd ook de Duitse oorlogsschuld opgelegd, wat een van de meest omstreden punten was. Duitsland werd verantwoordelijk gehouden voor de oorlog en moest zware herstelbetalingen doen. Dit werd vastgelegd in artikel 231 van het verdrag, de zogenaamde “oorlogsschuldclausule”. Deze clausule zou later een grote bron van wrok zijn in Duitsland. Dit ‘leed’ dat hen is aangedaan heeft zich diep geworteld in de aderen van het land. Ze waren vernederd door de schuld die het moest dragen voor de verwoestingen van de oorlog.

Het resultaat van de onderhandelingen was dus een compromis: Frankrijk kreeg Elzas-Lotharingen terug, Duitsland werd zwaar gestraft met herstelbetalingen en territoriale verliezen en de Volkenbond werd opgericht om toekomstige conflicten te voorkomen. Maar ondanks deze idealen, werden de afspraken van Versailles door velen als onrechtvaardig beschouwd, vooral in Duitsland, waar het verdrag als een dictaat werd gezien. De harde bepalingen en de zware economische lasten legden de basis voor de onvrede die zich later zou uiten in de opkomst van Adolf Hitler en de start van de Tweede Wereldoorlog.
Geen verdrag, maar dictaat
Als je naar de afloop van de Eerste Wereldoorlog kijkt, kun je je afvragen of Duitsland niet te streng gestraft werd. Het Verdrag van Versailles legde het land enorme herstelbetalingen op, beperkte hun leger, ontnam ze grondgebied en legde de volledige schuld voor de oorlog bij hen neer, allemaal zonder dat Duitsland zelf aan de onderhandelingstafel zat. Je kunt je afvragen: was dat terecht?
De oorlog begon immers niet door Duitsland alleen. De moord op aartshertog Franz Ferdinand in Sarajevo in 1914 was de druppel die de emmer deed overlopen. Het conflict ontstond vooral door een ingewikkeld web van bondgenootschappen, opgelopen spanningen tussen grootmachten en de wapenwedloop van die tijd. Duitsland had zeker een actieve rol, maar was niet als enige verantwoordelijk.
Toch werd Duitsland als enige aangewezen als schuldige. En hoewel het land zich in de oorlog niet bepaald zachtzinnig had gedragen — denk aan de brute bezetting van België en het gebruik van gifgas — voelt de eenzijdige bestraffing achteraf wrang. Vooral omdat de vernedering en economische ellende die volgden, een vruchtbare bodem bleken voor haat, wrok en de opkomst van extreem nationalisme in de jaren ’30.
Misschien had men in Versailles meer oog moeten hebben voor duurzame vrede, in plaats van hun zakken te vullen en Duitsland eenzijdig af te straffen. Oostenrijk-Hongarije was degene die de oorlog verklaarde aan Servië, sterker nog, ze verklaarde pas een maand ná de moord op de aartshertog de oorlog – 28 juli 1914.
Gedeelde schuld, maar één dader
Voordat de hel losbarstte, stelde Oostenrijk-Hongarije een ultimatum aan Servië. Het bestond uit tien eisen. Servië was bereid om aan vrijwel alles mee te werken, op één punt na: Oostenrijk-Hongaarse autoriteiten zouden ook zelf onderzoek mogen doen op Servisch grondgebied. Servië beschouwde dit als een schending van zijn soevereiniteit, en weigerde. Hiermee begon een langdurig, nietszeggende oorlog met alleen maar bloedvergiet als gevolg.

Het was een soort domino-effect. Nadat Oostenrijk-Hongarije de oorlog had verklaard aan Servië, voelde Rusland zich geroepen zijn Slavische bondgenoot te steunen en begon te mobiliseren. Duitsland, dat Oostenrijk-Hongarije steunde, zag in die mobilisatie een directe bedreiging en verklaarde op zijn beurt de oorlog aan Rusland. Frankrijk, bondgenoot van Rusland, werd zo automatisch meegesleurd in het conflict. Om Frankrijk snel uit te schakelen, voerde Duitsland het Von Schlieffenplan uit en trok via neutraal België naar het westen. Door het Verdrag van Londen uit 1839, waarin Groot-Brittannië de Belgische neutraliteit had gegarandeerd, voelde het zich verplicht om in actie te komen toen Duitsland België binnenviel — en verklaarde het de oorlog. Binnen enkele dagen was het conflict volledig geëscaleerd. Van een regionaal dispuut naar een oorlog die de hele wereld in zijn greep zou houden.
Het waren de verdragen die een lokaal conflict deden uitgroeien tot een mondiale oorlog. Duitsland snoepte gretig mee van de chaos die zich in Midden-Europa ontvouwde en liet zich niet onbetuigd in het geweld dat volgde. Toch blijft de vraag hangen: was het gerechtvaardigd dat Duitsland de volledige schuld van de Eerste Wereldoorlog kreeg? Deze kwestie blijft vele historici bezighouden. Had de Tweede Wereldoorlog kunnen worden voorkomen als Duitsland wél aan de onderhandelingstafel in Versailles had gezeten, of als alle oorlogvoerende landen gezamenlijk verantwoordelijkheid hadden genomen? Dit zijn speculaties zonder eenduidig antwoord, maar het roept wel vragen op over hoe geschiedenis wordt geschreven en wie de last van schuld draagt.
Meer weten over de geschiedenis? Meld je aan voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte! Praat ook mee in de reacties.